woensdag 19 maart 2008

23. DE PAASBULT IN ELP

De Paasbult in Elp met de jongens die de bult bouwden in 1936. Vanaf links: vooraan: Jan Wessels, Jan Dolfing, Jans Wessels en Geenes Volkers. Midden: Bertus Volkers, Roelof Meijers, Frits Kamping, Berend Spiekman, Arend Speelman, Roelof Wolbers, Hendrik Wolbers, Bertus Beuving, Bertus Beuving, Harm Hartman, Geert Meijers, Bertus Lomulder en Otte Volkers. Bovenaan: Geert Kamping en Hendrik Enting (Foto: Geert Meijers)

Het paasvuur ***

ELP - Eén van de meest aansprekende volksgebruiken rond Pasen was – en is nog steeds – het laten branden van een paasvuur. Soms weken tevoren was de jeugd al druk bezig met het verzamelen van allerlei brandbaar materiaal. ’s Middags na school trokken de jongens naar het bos om er dode boomtakken en twijgen te verzamelen. In optocht ging het dan naar een vaste plaats buiten het dorp waar een paasbult werd opgestapeld. In de grotere dorpen waren er vaak twee of meer vuren en vanuit elke ‘wijk’ deed jong en oud mee om een zo groot mogelijke hoeveelheid brandbare spullen bijeen te brengen, want men stelde er een eer in om het grootste paasvuur te laten branden. Midden in de bult kwam dan een grote stok of boomstam opgericht met bovenin een ton met takken en teer.

In veel plaatsen trok de schooljeugd op de dag voor het Paasfeest met een geleende kar door het dorp, onder het zingen van:

Hej nog olde wannen
Die bij Paosen branden
Hej nog ’n bossie stroo of riet
Anders heb wij ’t Paosvuur niet

Als dat gezang in de huizen doordrong, gingen de baanderdeuren open en de boer of de knecht wierpen dan wat waardeloze brandbare voorwerpen naar buiten als oude bezems van berkenhout, oude korenwannen, korven en manden, versleten bijenkorven, een oude wieg, een kapotte stoel of een bos stro. De spullen werden gretig aangepakt, op de kar geladen en met vereende krachten naar de plek van de paasbult getrokken.

***
In het ‘Tijdschrift Historische Vereniging Gemeente Westerbork’ van maart 1998 beschreef J. P. van der Jagt in het artikel ‘April en Pasen’ de volksgebruiken rond Pasen. Hij baseerde zich op de bevindingen van A. Mulder (in 1983) en G. Kuipers (in 1976), die eerder schreven over de Drentse volksgebruiken en aangevuld met enkele verhalen uit Westerbork.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.

Caddie in het Panbos

Het is 1963. Ik ben 14 jaar en fiets veel en graag in de omgeving van Utrecht. In het Panbos richting Bosch en Duin zijn golfbanen. Een voo...